RFC Seresien – RFC Liege

RFC Liège

Zeg je Luik en voetbal, dan denken mensen direct aan Standard Liège en de Hel van Sclessin. Maar er is veel meer in Luik. Zo spelen RFC Seresien en RFC Liège in de derde klasse en laten die twee clubs nou net afgelopen weekend tegen elkaar gespeeld hebben. Vooral de laatste is een traditionsverein; Een van de oude grootmachten in België, de allereerste kampioen van België, maar momenteel uitkomend in de Derde Klasse. Leuk affiche, dus op naar Stade du Pairay om de Luikse derby in de krochten van het Belgisch voetbal te aanschouwen!

Dus togen drie Bredaasche Vleegels op een vroege zondagochtend naar Luik, stad van de zware industrie, verkrotting en de oude Cockerill fabrieken. In deze setting werd RFC Liège in 1892 opgericht. Vanaf 1921 speelde de club in het Rocourt stadion, waar het in de jaren ’50 en ’60 enkele successen kende. De club werd 2 maal kampioen en kwam 5 maal uit voor de Beker der Jaarbeurssteden, de voorloper van de Europa Cup. In de jaren ’80 speelde RFC Liege nog met regelmaat in de UEFA Cup en in het seizoen 1990/1991 haalde de club zelfs nog de kwartfinale van de UEFA Cup. RFC Liège is een club die ooit Valencia en Benfica in de Europa Cup uitschakelde en die een van de oudste clubs in België is. Victor Ikpeba, Eric Deflandre, Sunday Oliseh, Jean Marc Bosman en mijn favoriet Graham Arnold hebben ooit voor de club gevoetbald. De club speelt nu echter in de Derde Klasse B van de Belgische nationale competitie.

Het verval van RFC Liège kun je wellicht terug herleiden naar de jaren ’90, toen de club noodgedwongen het stadion Rocourt moest verlaten. Het oude stadion met een wielerbaan voldeed niet aan de veiligheidseisen en het was commercieel interessanter om op het terrein een bioscoopcomplex neer te zetten. Vanaf het moment dat RFC Liege ontheemd was, kende de club zware financiële problemen, fuseerde met een verschillend aantal clubs uit de omgeving van Luik en speelde vanaf 1997 in maar liefst zes verschillende stadions (waaronder de eerder gepubliceerde Vergane Glorie’s Stade Buraufosse en het huidige stadion Stade du Pairay).

Het is ook een doorn in het oog van de fans dat RFC Liège een zwerversbestaan kent. Met Stade du Pairay is weliswaar een stabiele thuishaven gevonden die van RFC Seresien gebruikt mag worden en de club lijkt te bouwen aan een stabiel bestaan, maar het nomadenbestaan is nog een flinke doorn in het oog van de fans. In de supporterskantine hangen de inmiddels vergeelde smeekbedes op voor een eigen thuisbasis.

Tijdelijke thuisbasis of niet, de fans van RFC Liège zijn al goed ingeburgerd in Seraing. Zo hebben ze een eigen provisorische kantine onder de grote staantribune en blikken de fans relaxed vooruit naar de wedstrijd van die middag. Uit niets blijkt dat er een derby op het spel staat. Kinderen voetballen onder de tribunes, vrouwen klonteren samen en de mannen doen hun ding. Behalve voor 1 ADHD-er met een microfoon, die iedereen probeert op te zwepen. Leuk, maar heb dan gevoel voor de gemoedstoestand van je omstanders en doe het een beetje op de maat. “Ga met je fratsen en je microfoon naar Standard Liège”, is de algehele tendens en de microfoonklanken stoppen gelukkig al snel. De sneer naar aartsrivaal Standard is de enige emotionele uiting die gemaakt wordt en het zegt veel dat RFC Seresien ‘gewoon’ een tegenstander is.
Ook tijdens de wedstrijd is er van een echte derbysfeer geen sprake. De supporters van RFC Liège zijn in de meerderheid en de voetbalhumor rolt zo af en toe van de tribunes af. Dreinerig wordt er bijvoorbeeld naar de 300 fans van RFC Seresien gezongen dat het stadion eventjes wordt overgenomen. De ADHD-er, nog steeds met microfoon en dus nog steeds geen bezoeker van Standard, krijgt het ook over zich heen. Ondanks dat de beste man een kleine 20 meter verderop staat, wekt hij ook hier irritatie op en enkele mannen voor ons winden zich flink op. “3 bier voor degene die dat klote ding afpakt.” Heerlijk, een potje voetbal in Seraing!

RFC Liège komt al snel op een 0-1 voorsprong en is overduidelijk de betere ploeg. In de tweede helft lopen we spontaan tegen de scout van RFC Liège op en een aardig gesprek start. Oud NAC-speler Bart van den Eede komt voorbij, maar ook oud-spelers van RFC Liège en de vriendschapsband die de club heeft met Cercle Brugge en Royal Union Saint-Giloise. Stade du Pairay mag in het praatje natuurlijk ook niet ontbreken en al snel blijkt dat RFC Liège als een geste in de thuisbasis van RFC Seresien mag spelen. Al met al een leuk gesprek en terwijl het niveau van RFC Liège naar beneden zakt, wordt Seresien brutaler. Dat mag ook wel, want de club staat vrij laag en heeft die middag aan een punt voldoende om zich in de Derde Klasse te handhaven. “Weet je, het zou me niets verbazen dat het alsnog 1-1 wordt.” En alsof de duivel ermee speelt… In de blessuretijd scoort Seresien de gelijkmaker. De scheidsrechter blaast meteen af en gefluit valt het team van RFC Liège ten dele.

We schudden onze gesprekpartner de hand en via een kleine omweg langs wat Luikse stadions komen we enkele uren later weer veilig aan in Brabant.

 

Copyright 2003 - 2021 by Martijn Mureau, all rights reserved. For use of this website, please refer to the pro-claimer