Nederland – Italie in India
Momenteel verblijf ik in Bangalore in een appartement met twee slaapkamers. Nou ja, een slaapkamer eigenlijk, want de eigenaar verhuurt de andere slaapkamer wel eens aan andere mensen. Wees gerust; Deze slaapkamer is vanuit mijn appartement te benaderen (maar die deur is flink vergrendeld met allerlei sloten) en vanuit het trappenhuis. Gisterenavond trok er een Indiaas stelletje tijdelijk in deze slaapkamer en manlief wekte me een half uur na middernacht met zijn geschreeuw. Nee, ze waren geen nummertje aan het maken, maar Nederland – Italië aan het kijken. Een geluk bij een ongeluk voor mij, dus ik besloot de TV maar aan te zetten, op ESPN af te stemmen en half slapend Nederland versus Italië te volgen.
Ondanks dat ik tegenwoordig niet meer zo’n Oranje fan ben, deed het Nederlands elftal toch een beetje mijn hart overslaan. Gretig de bal achteraanjagend, uitgekookt en goed spel en het geluk op de juiste momenten zorgden voor het prachtige resultaat. Tussen die 10 voetballende Oranje spelers ontwaarde ik ene Orlando Engelaar. Ik herinner me nog de periode 2000 – 2003, waarin Engelaar een gedeelte van zijn contract bij NAC balde. Je kon zien dat hij wel iets in zich had, maar zijn spel was zo traag, zo sloom, zo voorspelbaar en zijn acties waren zo ongelukkig, dat er flink wat cynisme over Engelaar in de NAC supporterskringen was. Pas de laatste anderhalf jaar van zijn NAC periode zat hij in de lift. Maar om te denken dat hij een international zou worden, nee… Dat had ik eerlijk gezegd te zijn niet verwacht. Zijn groei bij RC Genk en FC Twente hebben me enorm verbaasd.
Dus zat ik met diezelfde verbazing naar het Nederlands elftal te kijken, dat eerder op die dag in de India Times als de “biggest underachievers” op de voorpagina van de sportkatern werd gepositioneerd. Het kwam er in feite op neer dat het Nederlands elftal weleens leuk voetbalde en leuke individuele klasse had, maar dat de resultaten uitbleven. De verslaggever stelde zelfs dat Nederland na de groepsfase weer lekker haar koffers kon pakken. Dus zit je de wedstrijd te kijken met aan de andere kant van de muur een schreeuwde Indiase buurman, die die wedstrijd voor Italië was, en zijn partner die bij iedere mooie actie of doelkans de woorden “Oh, shit” uitriep. Ach, 3-0, leuke uitslag, leuke wedstrijd, leuk woorden van de buurman achteraf.