Terug in de tijd in de abdij van Orval

Abdij van Orval

De ruïnes van de oude abdij van Orval steken prachtig af tegen het mooie wolkendek dat over het zuidelijk gedeelte van de Ardennen waait. Ondanks dat ik de abdij en de oude abdij diverse keren heb bezocht, blijft het complex bijzonder. De uitgestrekte ruïnes liggen naast het nieuwgebouwde klooster en een van de beste biersoorten van België komt uit deze abdij. Tel daarbij op dat de abdij een prachtige geschiedenis heeft, en je snapt dat ik je deze plek kan aanraden om te bezoeken.

Terwijl ik door de ruïnes loop, stel ik me voor hoe imposant het complex ooit geweest moest zijn. Ooit was het kleine dal een groot centrum van bedrijvigheid en het complex kende in haar hoogtijdagen veel monniken en strekte zich, ruw geschat, een halve kilometer bij een kilometer uit. De oude tekeningen en de maquettes in het museum laten een prachtig en grootse abdij zien. Jammer dat deze abdij tijdens de Franse revolutie met de grond gelijk is gemaakt…

De legende van de abdij Orval

Als je een beetje in de streek bekend bent, dan snap je hoe Orval aan zijn naam is gekomen. De abdij ligt in een dal, en vooral bij een opgaande en ondergaande zon word je verrast door een prachtig schouwspel van zonlicht. Maar het is niet dat Orval hiermee aan haar naam komt. In een ver verleden gezocht Gravin Mathilde van Toscane, die weduwe was, het complex. De legende gaat dat zij per ongeluk haar trouwring in de bron van het dal liet vallen. Paniek alom, want een trouwring verliezen doe je niet zo maar. Mathilde viel op haar knieën en smeekte God om hulp. Het duurde niet lang of er kwam een forel boven water met in zijn bek de kostbare ring. Mathilde was in alle staten en riep uit dat “dit is echt een gouden dal!” is. Vrij vertaald betekent Orval, “val d’or”. In het Nederlands beter bekend als “gouden dal”. Uit dankbaarheid besloot Mathilde op deze plek een klooster te stichten. Als je tussen het Orval-bier drinken door goed oplet, zie je dat het officiële bierlogo van Orval deze forel met de ring is. Overigens zegt de plaatselijke traditie dat elk jong meisje dat een geldstuk in de bron werpt binnen het jaar zal trouwen. Jonge dames, wees dus opgelet op wat je in het vijvertje bij de ruïnes gooit!

De geschiedenis van de Abdij van Orval

Maar de geschiedenis van de cisterciënzerabdij steekt toch iets anders in elkaar. De eerste monniken die zich in het dal vestigden, kwamen rond 1070 vanuit Zuid-Italië naar het huidige Orval. De leenheer van het gebied, graaf Arnout van Chiny, schonk de monniken een stuk grond. Onmiddellijk begonnen zij met de bouw van een kerk en een klooster. Een kleine 40 jaar later verlieten de monniken plotseling het dal, met een nog onbekende reden en werden vervangen door een kleine gemeenschap van kanunniken. Zij voltooiden de abdij en in 1124 werd de kerk van de abdij ingewijd door de Bisschop van Verdun.

Een rampzalig begin

Toch ging het de nieuwe abdij niet voor de wind. Door het gebrek aan landbouwgrond en goede doorvoerwegen, ging het de abdij economisch gezien niet voor de wind. De monniken besloten zich daarom aan te sluiten bij een order. In 1132 werd deze aanvraag geaccepteerd en kwamen zeven Cisterciënzer monniken aan in Orval, om de abdij te begeleiden in de regels van de orde. Ook werd er een nieuwe kerk gebouwd, die in 1200 was voltooid. Door de monniken, werd ook het land rondom de abdij ontgonnen en leek Orval op haar eigen benen te kunnen staan. Maar in 1252 sloeg het noodlot toe. Door een brand werd de abdij verwoest en het duurde honderd jaar voordat de abdij deze harde klap weer te boven kwam. De Cisterciënzerorde dacht er op een bepaald moment zelfs aan om de abdij compleet op te heffen.

Orval in extreme situaties

Totdat mevrouw Mathilde dus zonodig haar ring in een bron moest verliezen. Door deze gebeurtenis, verhaalt de legende dat er een nieuw klooster werd gebouwd, dat een rustig bestaan kende. In de 15e en 16e eeuw kende Orval een extreem wisselend bestaan. Door oorlogen werd de abdij vaak geplunderd, maar door een sterke hand en een vooruitziende visie van twee abten, kon de abdij toch nog de klappen te boven komen. Zo werd er een ijzersmelterij in Orval gebouwd, om de hoeveelheden ijzererts in de omgeving om te smelten. In de 18e eeuw kende Orval maar liefst 130 monniken. Maar door interne twisten, splitste 50 monniken zich af en vestigden zich in de buurt van Utrecht.

De wederopstanding van Orval

Dat ijzererts en de landbouwgronden werden de uiteindelijke redding van Orval. Door deze zaken, ging het Orval economisch gezien voor de wind. De landbouwgronden, landbouwcomplexen en de industriële complexen breidden zich flink uit en aan het begin van de 18e eeuw waren de ijzersmelterijen van Orval een begrip in Europa. Door de grote economische bloei van de abdij, besloot men een nieuw complex te bouwen. De bouw duurde slechts 22 jaar en in 1782 werd een bijna nieuw klooster opgeleverd. Niets leek het prachtige elan van Orval in de weg te staan.

De Franse revolutie

Totdat enkele Fransen roet in het eten gooiden. In Frankrijk borrelde tegen het einde van de 18e eeuw flink wat emotie op, wat leidde tot een staatshervorming en een revolutie. De toenmalige Koning Lodewijk de 16e kreeg een wankele positie en de Abdij van Orval bood hem aan om eventueel in de abdij te schuilen, mocht het erger aflopen. Uiteindelijk werd Koning Lodewijk door de doodstraf vermoord en de nieuwe regering reageerde furieus op het aanbod van Orval aan de toenmalige koning. Alle bezittingen van Orval op Frans grondgebied werden verbeurd verklaard en op 23 juni 1793 trokken Franse troepen het gebied rondom Orval binnen. De monniken, gealarmeerd door de bewoners rondom de abdij, trokken zich terug naar een vluchthuis in Luxemburg. De soldaten plunderden de abdij en de generaal van de troepen voerde vervolgens zijn orders uit. De abdij werd door kanonnen en brandstichting met de grond gelijk gemaakt. Anderhalve eeuw zouden de zwartgeblakerde muren en stenen herinneren aan de terreur dat zich in 1793 in de vallei afspeelde.

Een heropbouw van de abdij

De gronden van en rondom de abdij waren na de vernietiging in handen gekomen van de familie Harenne. In 1926 besloot de familie om de gronden van de oude abdij terug aan de orde te schenken. De orde accepteert het geschenk dankbaar en maakt plannen om de abdij opnieuw op te bouwen. Maar ja, hoe ga je dat doen? De ruïnes bleken grotendeels niet bruikbaar voor heropbouw en er werd besloten om naast en gedeeltelijk op de ruïnes een nieuwe abdij te bouwen. Van 1926 tot 1948 werd een geheel nieuwe abdij opgebouwd naar ontwerp van architect Henri Vaes. Dit was vooral het werk van de Gentenaar dom Albert-Marie van der Cruyssen, die in 1936 de eerste abt werd. Om de grote bouwwerken te kunnen bekostigen werden verschillende inzamelingsactiviteiten opgezet. Er werden bijvoorbeeld speciale postzegels met toeslag uitgegeven. De kaasmakerij (1931) en de brouwerij (1932) werden opgericht om de nodige financiële middelen te genereren, en stelden vanaf het leken te werk. Na het einde van de bouwwerken werden deze inkomsten gebruikt voor sociale en liefdadige doeleinden. Maar goed ook, want het heerlijke gerstenmat van Orval zou niet gebrouwd worden, zonder de heropbouw. In 1948 werd de kerk plechtig ingewijd. Kort daarop neemt Marie-Albert van der Cruyssen ontslag als abt. Hij sterft in 1955, maar heeft wel een prachtig complex nagelaten.

Het Versailles onder de kloosters

Het is dan ook niet verwonderlijk dat bezoekers superlatieven te kort hebben voor het complex. Vanwege zijn uitzonderlijke schoonheid en bijzondere architectuur wordt het klooster van Orval ook wel het ‘Versailles onder de kloosters’ genoemd. En daar is geen woord aan gelogen. Het nieuwe complex is helaas niet toegankelijk voor de bezoekers, maar doorkijkjes geven een indruk van de pracht en praal van het complex. Je ziet het al wanneer je aan komt rijden. De prachtige gele stenen verwelkomen je en in de basiliek van het complex is een enorm groot Maria beeld met Jezus verwerkt. Het is intimiderend en prachtig tegelijk.

Het betreden van het complex is daarentegen een groot contrast: Door een klein poortje ga je langs de receptie, naar het winkeltje, waar je een kaartje voor het klooster kan kopen. De abdij bestaat uit vier gedeelten: het huidige klooster, dat grenst aan de centraal gelegen basiliek en dat alleen voor monniken toegankelijk is. Daarnaast ligt de brouwerij die grotendeels draait met extern personeel en ook niet toegankelijk is voor bezoekers. Op de binnenplaats is het gastenverblijf, waar mensen in retraite of in studie kunnen gaan, onder strenge regels van de abdij. Het vierde en laatste gedeelte is toegankelijk voor toeristen. Dit zijn de ruïnes van de oude kerk en de oude abdij, de fontein, de kruidentuin, de filmzaal, het biermuseum en de abdijwinkel.

De ruïnes, absoluut waard om te bezoeken

Ondanks dat je maar een klein gedeelte van het hele complex kunt bezoeken, kan ik je een bezoekje aan de abdij van harte aanbevelen. Niet alleen geeft het je een andere kijk op de huidige abdij, de monniken en medewerkers van de abdij hebben ook nog eens goed werk geleverd. In de filmzaal kun je de geschiedenis van Orval in 20 minuten rustig tot je nemen. Ook is er een museum, dat gewijd is aan het Orval bier en de jonge vrouwen onder ons kunnen naast dat museum een muntje in de Mathilde fontein werpen. Vervolgens kun je door de oude ingang van de kerk je vergapen aan de ruïnes van de oude abdij. Met de kennis die ik van de vroegere abdij heb, kan ik me haast geen voorstelling maken hoe uitgestrekt die abdij ooit was en wat voor cultureel, spiritueel, industrieel, economisch en sociaal centrum het ooit was.

Een kleine tip als je Orval wilt bezoeken: Vermijd in het hoogseizoen de weekenden. Je kunt er letterlijk over de hoofden van mensen heenlopen. En in de buurt heb je twee erg goede restaurants zitten, waar je heerlijk van alle indrukken kunt nagenieten en onder het genot van het zonnetje een Orval biertje kunt nuttigen. En voor de mensen die echt van Orvalbier houden: Net onder de 20 Euro kun je 12 flesjes Orval in de Abdijwinkel kopen. Sla die slag dus snel!

Foto’s van de Abdij van Orval

Copyright 2003 - 2021 by Martijn Mureau, all rights reserved. For use of this website, please refer to the pro-claimer