De tempels van Mahabalipuram
Mahabalipuram is zo’n stadje, wat een perfecte kennismaking is als je voor het eerst in India bent. Een lang strand, palmbomen en vele eeuwenoude tempels strekken zich uit langs het -uit de kluiten gewassen- dorp. Het is ook een dorp waar de tempels een belangrijke religieuze betekenis hebben. Geen wonder dat Mahabalipuram een mystiek dorp is, dat trekpleister voor pelgrims en toeristen is.
We kwamen gisteren in Mahabalipuram aan. Na een eerste rondje door het dorp, werden we al snel nieuwsgierig wat het dorp ons de volgende dag zou bieden. Voor ons was het even bijkomen van een lange en intensieve vliegreis en even bijtanken.
Eerste kennismaking met het Indiase straatleven
Voor Liesbeth was Mahabalipuram een eerste kennismaking met India en het Indiase straatleven. In de Nederlandse cultuur zijn we helemaal niet gewend aan opdringerige straatverkopers, die alles voor een factor 10 aan je willen aansmeren. Dus de kraaltjes, steentjes, kleedjes, doekjes, beeldjes en het straat eten werd op een heerlijk Indiase manier aan ons opgedrongen. Het beste is gewoon 1 keer ferm “Nee” zeggen en dan stoïcijns doorlopen. Iets wat in Nederland als grof onbeschoft wordt beschouwd, maar in India een duidelijk teken is dat je er niet in geïnteresseerd bent.
Iets waar we gisteren en vandaag ook (opnieuw) achter kwamen is de vriendelijkheid en nieuwsgierigheid van de mensen. Een eerste “Where are you from?” wordt snel opgevolgd met een heel gesprek, en voor je het weet mag je op de foto met de hele familie. En laat ons, of specifiek: Liesbeth, dat nou redelijk vaak gebeurd zijn. De gesprekken zijn ook een leuk inkijkje in het leven in India, en met name waar de mensen vandaan komen en wat ze belangrijk vinden.
Op ontdekking door Mahabalipuram
En dat is nou net wat India zo leuk maakt. Dus na meer dan 12 uur geslapen te hebben, stond Liesbeth vanochtend te stuiteren naast haar bed om Mahabalipuram te bezoeken. En na een goed ontbijt was het dan zover: Off we go!
Geschiedenis van Mahabalipuram
Een ding valt je op als je door het dorp heenloopt. Dit is een plaats die uitzonderlijk is. Vooral door de vele en oude bouwwerken, die tussen de 1.200 en 1.600 jaar oud zijn. Het maakt je haast nederig om tussen deze historie en cultuur te lopen en te beseffen dat mensen in die tijd al over het geduld en de ambacht beschikten om hun devotie op zo’n mooie manier te uiten.
En vanuit Mahabalipuram kon dat. Het gebied was de bakermat van de Pallava beschaving, die in de 6e eeuw uitwaaierde naar Bali, Sumatra, Cambodja en andere kustgebieden in Zuid-Oost Azie. De mensen uit deze beschaving aanbaden de god Durga en brachten daarvoor soms hele grote offers, door hele kuddes aan dieren aan de god op te offeren. Daar komt de naam Maha (groot) Bali (offer) Puram (dorp) vandaan: Een dorp dat de god Durga een groot offer bracht.
Na het verdwijnen van de Pallava beschaving, bleef Mahabalipuram een belangrijke religieuze plaats voor de omliggende beschavingen. De kunstwerken bleven pelgrims trekken en Mahabalipuram werd voor het eerst in de Westerse cultuur door de Britse reiziger Goldingham beschreven, de er lyrisch over was. Niet gek ook… Want met de Shore Temple en Arjuna’s Pennance kent het stadje onder andere twee interessante zaken.
Arjuna’s Pennance: Een millennium oud kunstwerk
We zijn eerst naar Arjuna’s Pennance gegaan. Arjuna’s Pennance is een echt lust voor het oog. Tussen de 6e en 8e eeuw besloten de bewoners om tussen de heuvels en rotsen een soort van tempelcomplex te bouwen. Als je op het complex afloopt, zie je een basis reliëf dat zich over 29 meter lengte en 7 meter hoogte uitstrekt en het verhaal van het ontstaan van de Ganges uitbeeldt. Het werk is met uiterste precisie gemaakt en -met de wetenschap dat dit 1.500 tot 1.200 jaar geleden is gemaakt- versteld staan van de creativiteit van de kunstenaars die het gemaakt hebben. Arjuna’s Pennance wordt ook wel het kroonwerk van Mahabalipuram beschouwd. Want een ding kunnen ze goed in het dorpje, en dat is beelden maken; Een ambacht wat van vader op zoon wordt doorgegeven.
Arjuna’s Pennance bevat echter nog veel meer. Dat kun je allemaal bezoeken door 600 Rupee te betalen (waarmee je ook gelijk een combiticket voor andere bezienswaardigheden hebt) en is zeker de moeite waard. Want naast het kunstwerk kun je jezelf verbazen aan de diverse tempels die in de rots zijn uitgehakt. De tempels zijn op hun beurt weer allemaal gewijd aan de goden Ganesha, Vishnou en Shiva. Die laatste god speelt in het dorp trouwens een zeer belangrijke rol.
Via al dat prachtig en eeuwenoude gebeuren, kun je ook nog eens lekker in de schaduw uitrusten en de passerende pelgrims en mensen bewonderen. Een schouwspel voor het oog, vooral de kleurrijke shari’s waarmee de vrouwen rondlopen. En als je daarmee klaar bent, dan kun je ook nog even verderop de vuurtoren beklimmen. Dan moet je, net als ik heb, geen hoogtevrees hebben. Want de klim naar beneden is een blik naar de diepte en kan de knieën doen knikken.
De Shore Temple
Een andere bezienswaardigheid ligt op een paar honderd meter verdere]op: De Shore Temple van Mahabalipuram. De tempel, die gewijd is aan de Hindoestaanse god Shiva, ligt op een uitstulpsel van rots en zand in de zee. Als je de tempel vanaf het noordelijk strand benaderd, dan zie je de golven tegen de stenen rotsen aan beuken en voor de tempel uiteen slaan. Het is enerzijds een woest, en anderzijds een elegant schouwspel. Een schouwspel dat al eeuwen plaatsvindt, waarbij Shiva’s heiligdom de zee als het ware uitdaagt. Dit schouwspel werd eerst beschreven door de Britse reiziger Goldingham, die Mahabalipuram voor het eerst in 1798 bezocht. Hij beschreef het tempelcomplex uiterst in detail, met de opmerking dat de zee zes lager gelegen tempels had opgeslokt. De verhalen van Goldingham werden veelal lachend van de hand gedaan.
De tsunami van enige jaren geleden liet het gelijk van Goldingham blijken. Door de tsunami vielen hele stukken land tijdelijk droog, waaruit bleek dat Mahabalipuram veel groter moest zijn geweest, dan eerder was gedacht. Het trok archeologen uit Engeland en heel India aan, die tot kilometer buiten de kust vrijwel alles in kaart hebben gebracht. Helaas bedekt de zee alles, want het schouwspel onder de golven schijnt indrukwekkend te zijn.
Door die tsunami, waar in het dorp veelal materiele schade was (‘slechts’ 7 mensen kwamen om), werd ook het tempelcomplex boven het water gereinigd. Het zoute zeewater spoelde namelijk al het vuil en zand van de tempel af, waardoor beelden werden gereinigd en zelfs opnieuw bloot kwamen te liggen.
Als je de tempel bezoekt, sta je ook weer versteld van de architectuur van de tempel. Het complex staat er al ruim 1600 jaar, maar is nog in zeer goede staat. Goed, die tsunami en de erosie hebben hun sporen achter gelaten. Desalniettemin is het een belangrijk en mooi bouwwerk, waar ook veel pelgrims en toeristen op afkomen. En dat mag ook wel. In de Hindoe cultuur is dit een belangrijke tempel, die -ondanks zijn bescheiden formaat- kwetsbaar maar fier de zee al eeuwenlang weerstaat. Dat, samen met de prachtige sfeer en de rijke geschiedenis, maakt het een prachtige plek om te bezoeken.
Kuieren langs het strand
En na al dit historisch en cultureel geweld, mag de innerlijke mens ook verzorgd worden. Let er dan wel op dat je geen lichtgevende visjes opeeto want in dedbuurt van Mahabalipuram ligt namelijk een kerncentrale. Laat die kerncentrale nou net het restwater gewoon in de ze dumpen.
Gelukkig gaven de visjes geen licht. Na een heerlijke Indiase lunch, kuierden we heerlijk langs te stranden van Mahabalipuram. Je ziet dat het dorpje ook van de zeevaart leeft, en soms moet je jezelf echt tussen de boten, netten en vissers murwen om door te kunnen lopen. Maar ook hier zie je de zuidelijke vriendelijkheid en gemoedelijkheid terug. Je wordt met een glimlach begroet en je kunt heerlijk van de zee genieten.
Het was een heerlijke eerste en rustige kennismaking met India. Morgen gaan we een dagje naar Kanchipuram: De stad van de 1.000 tempels. Onze ambitie is om er 998 niet te bezoeken. Die twee die we wel gaan bezoeken? Lees er morgen meer over in “De Grote Avonturen van Martijn en Liesbeth”!