De eerste dagen in Hong Kong
Afgelopen zondag gebeurde het dan eindelijk: Ik stapte het vliegtuig in om naar mijn eerste etappe van de reis te vliegen: Hong Kong. Na een lange vliegtocht, kwam ik daar aan om 1100 uur lokale tijd en, na paspoortcontrole, was ik tegen een uur of drie in het hotel.
Het is wel leuk om te zien dat Hong Kong onderverdeeld is in diverse eilanden, die men zelf niet tot Hong Kong rekent. Ik verblijf momenteel op Kowloon Island, het gebied dat ten noorden van Hong Kong ligt. Dit gebied is een waar mengsel van toeristen, traditionele Chinese kraampjes en Indiase mensen die je proberen nep-Rolexen aan te smeren. Dit gebied moest dus uiteraard nader verkend worden. Na een voorstelronde in het hotel ben ik met drie reisgenoten (Luc, Gabi en Jan) door Kowloon gelopen en heb me daar vergaapt aan het massale: Flatgebouwen van 50 verdiepingen zijn er meer regel dan uitzondering. Vervolgens zijn we naar het havengebied gelopen en hebben we een Ferrytocht door de baai geboekt. Vanaf het water lijkt Hong Kong een indrukwekkend gebied. Diep filosofisch gezegd: De schoonheid van Hong Kong zit hem in de totaalheid van de lelijkheid van de individuele gebouwen. Denk daar maar eens over na :). Na de boottocht zijn we via het merktdistrict terug naar het hotel gelopen en hebben we er met de gehele groep gegeten.
Op dinsdag ben ik, samen met twee andere reisgenoten Michiel en Karin, naar Lantau Island geweest. Op dit eiland staat een reisachtig Budha beeld van 26 meter hoogte. Na een bustocht van een uur arriveerden we op een groot plein waar we ons direct vergaapten aan het klooster en het Budhabeeld dat boven ons lag. Echter… Op een berg van 150 meter hoogte zagen we het beeld staan en we besloten het toch maar te wagen. Met 30 graden en de brandende zon op onze rug zijn we naar boven geklommen en zijn we bovenaan eerst even bijgekomen van de helse klim. Nadien hebben we ons vergaapt aan de pracht en praal van het beeld en het uitzicht dat we hadden. Na deze rondkijk zijn we weer naar beneden gelopen en zijn we het nabij gelegen klooster ingelopen.
Bij dit klooster merkten we dat het wel iets onder toeristische invloed staat, maar we warden er erg gastvrij ontvangen. Na een rondtocht over het complex zijn we vervolgens zijn uitgenodigd voor een vegetarische maaltijd in de nabij gelegen eetruimte. Daar hebben we, onder het genot van thee, flink wat melkproducten en groente gegeten. Voor de slimmerds onder ons: Ja het lukt erg goed om met twee stokjes tee ten.
We besloten hierna een voettocht van 18 kilometer terug naar beneden te maken. Via smalle bergweggetjes hebben we enkele nabij gelegen kloosters bezocht en bij 1 klooster hebben we zelfs een half uur met een relatief jonge monnik gesproken. Van deze monnik kregen we een rondleiding door het klooster en praatten we over het leven aldaar en Nederland. Het was een absoluut interessant gesprek en het was best wel leuk om te zien dat hij dacht dat iedereen in Nederland wiet rookt. Dat beeld hebben we snel even bijgesteld.
Na deze gastvrije rondleiding hebben we onze weg vervolgd en zijn we na een kleine twee uur bij het Tung Chung Fort beland. Dit fort bestaat schijnbaar al een jaar of 150 tot 200 en is nog geheel intact. Het fort zit echter verscholen achter een hoop huizen, waardoor het wel eerst flink zoeken geblazen was. Na ons uiteindelijk door de smalle steegje gefrommeld te hebben (met wat hulp van een oude Chinese meneer) kwamen we bij de ingang van het fort aan. Het hele fort hebben we vervolgens aan een grondige inspectie onderworpen (de oude kanonnen staan er zelfs nog!) en zijn onze weg verder vervolgd. Na deze tocht ben ik terug naar het hotel gegaan.
Vanavond zal ik waarschijnlijk het uitgaansleven in Kowloon onveilig gaan maken, maar eerst zal ik (op aanraden van David) Victoria’s Peak bezoeken. Morgen zal de groep tegen twaalf uur per trein China in reizen, alwaar we donderdagochtend moeten arriveren. In ieder geval heb ik het momenteel hier erg naar mijn zin; De groep lijkt op het eerste gezicht OK, alleen is de hitte (bij inspanning) best wel zwaar. Maar dat mag de pret niet drukken: Morgen gaan we daadwerkelijk China in en met een beetje geluk zal ik me donderdagavond of vrijdagochtend (lokale tijd) weer melden!